Toespraak van de stafhouder
op de algemene vergadering 16 juni 2020

Een woord van dank

Alvorens ik de fakkel overdraag aan onze – ik verklap al even een verkiezingsresultaat – verkozen stafhouder Mr. Bart De Moor, wil ik graag een paar mensen bedanken.

Vooreerst richt ik mij tot de twee sterkhouders van de Orde, secretaris-generaal Mr. Krista Esselens en kabinetschef Mr. Luc Vanheeswijck. Zonder jullie inzet en inzicht zou de Orde niet staan waar zij staat. Jullie zijn zowel het geheugen als de motor van de Orde, en om in dezelfde beeldspraak te blijven, ook soms een beetje de uitlaatklep van de stafhouder en de confraters die met jullie contact opnemen. Dank voor al jullie werk, en meer nog, dat wil ik benadrukken, voor het warme gezelschap elke dag opnieuw.

Vervolgens dank ik de medewerkers van het secretariaat van de Orde, op het Paleis en in de Regentschapsstraat. Annick, Els, Peggy, Jennifer, Cathy, Vanessa en Daniel. De laatste maanden hebben jullie het in variërende en gereduceerde samenstelling moeten doen, in niet altijd gemakkelijke omstandigheden. Jullie zijn een fantastisch team, dank voor jullie inzet, ook in moeilijke dagen.

Vervolgens wil ik alle leden van de Raad danken voor hun inzet, hun tijd, hun opgewektheid en enthousiasme. Ik ben u allen dankbaar voor de vruchtbare uitwisseling van ideeën ten bate van de Orde. Heel in het bijzonder dank ik:

Mr. Nathalie Buisseret en Mr. Barbara Huylebroeck voor het enorme werk voor het BJB,

Mr. Luc Vanaverbeke als voorzitter van de stagecommissie,

Mr. Karin Winters en Mr. Philip Walravens, die de buitenlandse advocaten en de samenwerkingsverbanden opvolgden,

Mr. Alexander Hansebout, die de bijkantoren en de ereadvocaten voor zijn rekening nam,

Mr. Anneleen Van Hout, die de ereloonadviezen coördineerde,

en natuurlijk ook

Mr. Vanessa Foncke, de onvolprezen secretaris van de Orde en

Mr. Dany Stas, onze zeer bedreven penningmeester.

Ik dank ook de leden van de Raad, de gewezen stafhouders en gewezen leden van de Raad en andere advocaten, teveel om op te noemen, die zich hebben ingezet voor allerlei opdrachten van de Orde, de stagecommissie, andere commissies van de Orde, het BJB en het CJB, de tuchtonderzoeken, de afstappingen met onderzoeksrechters of gerechtsdeurwaarders, de verzoeningen inzake ereloonbetwistingen enzovoorts enzovoorts. Een bijzondere vermelding wil ik hier geven aan Mr. Bruno Blanpain, die werkelijk met ongekende werkzucht en beschikbaarheid de redactie op zich genomen heeft van de adviezen voor de Hoge Raad voor de Justitie, een echt titanenwerk.

Ik dank ook de Brusselse afgevaardigden in de algemene vergadering van de Orde van Vlaamse Balies, die jarenlang tijd gemaakt hebben voor deze instelling die ik nu ook om persoonlijke redenen belangrijk vind. Het is misschien niet altijd even plezierig om zitting te nemen in de algemene vergadering, maar het is wel essentieel voor ons beroep. Een bijzondere vermelding geef ik graag aan Mr. Alain Claes, die als geen ander de kwaliteit van de Brusselse Balie belichaamd heeft met zijn niet te evenaren werkstukken en uiteenzettingen over de witwaswetgeving.

Tevens vermeld ik in het hoofdstuk OVB stafhouder Alex Tallon, Brussels bestuurder van de OVB, die met grote drive de commissie deontologie geleid heeft, in een periode waarin er zeer veel op het spel stond, ik denk maar aan de uitdagingen die uitgingen van het verslag van de zogenaamde “twee Patricks” (Mr. Hofströssler en stafhouder Henry).

Ik kom straks nog even terug op de afscheidnemende leden van de Raad.

Je tiens aussi à adresser quelques mots à M. le bâtonnier Michel Forges, mon homonyme à l’Ordre français. Mon cher Michel, nous avons été, pendant deux ans, des compagnons de route dans cette aventure extraordinaire qu’est le bâtonnat. J’ai déjà eu l’occasion, à plusieurs reprises, d’exprimer ma joie d’avoir pu faire ce voyage à travers le paysage du barreau ensemble avec toi. Si je ne fais, finalement, que répéter ce que j’ai déjà dit ailleurs, c’est, mon cher Michel, parce que j’en suis de plus en plus convaincu. Ensemble, nous avons fait les visites protocolaires aux différents chefs de corps, ensemble nous avons commémoré notre prédécesseur commun, le bâtonnier Braffort, ensemble encore, nous avons reçu au Palais de Justice la visite de S.M. le Roi Philippe, nous avons pris des décisions de commun accord, et nous avons fait tant d’autres choses, toujours dans le même esprit à la fois constructif et amical. Sois-en remercié. Après ton bâtonnat, tu retourneras à ton cabinet qui t’est si cher, mais tu resteras actif au sein du barreau. Ton accueil toujours chaleureux me manquera, tes discours me manqueront, tu es en effet un orateur hors pair, mais je me console en me disant que nous aurons l’occasion de nous revoir régulièrement et je m’en réjouis déjà.

Monsieur le dauphin de l’Ordre français, Me Maurice Krings, mon cher Maurice, tu es présent dans ce studio, sois le bienvenu. Dans moins d’une semaine, tu seras le bâtonnier élu de l’Ordre français. J’ai appris à connaître et surtout à apprécier tes qualités professionnelles et humaines extraordinaires – et je n’exagère en rien. En te choisissant, mon cher Maurice, l’Ordre français a mis la barre très haut, mais tu seras à la hauteur, il y encore des certitudes dans la vie.

Samen met degene die straks onze verkozen stafhouder zal zijn, Mr. Bart De Moor, zult u een schitterend team vormen. De Brusselse balie zal in uitstekende handen vertoeven.

Ik dank nog mijn kantoor Loyens & Loeff, dat mij de gelegenheid geboden heeft om deze opdracht op te nemen.

En last but by no means least dank ik mijn vrouw Brigitte voor de niet aflatende bijstand en ondersteuning die nodig is om een stafhouderschap tot een goed einde te brengen.