TOESPRAAK VAN DE STAFHOUDER OP DE ALGEMENE VERGADERING 16 JUNI 2020

Een speciaal dankwoord aan de uittredende raadsledens

Mr. Inge Gabriëls, u verlaat de Raad volgens plan, maar na een lange staat van dienst, want u was niet minder dan vier jaar lid van de Raad. U liet u vooral in met vertrouwelijke taken zoals het begeleiden van gerechtsdeurwaarders bij beslagmaatregelen tegen advocaten, om toe te zien op de naleving van het beroepsgeheim. De stem verheffen behoort niet tot uw gewoonten, u bent een hoffelijke persoon die rust en standvastigheid op prijs stelt. Uw aangename gezelschap en uw teamspirit zal de Raad moeten missen. Ik ben u erkentelijk voor het vele werk dat u verzet hebt.

Mr. Danny Stas, ook u verlaat de Raad na drie jaar dienst. U was de penningmeester van de Orde (en bent dit nog steeds tot eind augustus). U had de moeilijke taak om uw verantwoordelijkheid als managing partner van een groot kantoor te combineren het penningsmeesterschap van de Orde, waardoor wij u minder zagen dan wij graag zouden gehad hebben, maar wij wisten dat vanuit de coulissen de rekeningen van de Orde in het oog gehouden werden. U slaagt erin een ongekende combinatie van competentie, kalmte en doortastendheid neer te zetten, die respect afdwingt. Dank voor al uw inspanningen en veel succes nog in uw professionele carrière.

Mr. Charlotte Verhaeghe, u verlaat de Raad na twee jaar, op eigen verzoek. U bent vooral actief geweest als lid van de stagecommissie. Daarnaast toonde u brede interesse voor alle aspecten van het beroep, gespecialiseerd als u bent in zaken van professionele aansprakelijkheid. Hoogdravendheid is u vreemd, u houdt van redeneringen die met twee voeten op de grond staan, misschien heeft dat te maken met uw gezonde West-Vlaamse roots. U bent ambitieus en actief in de raad van bestuur van een zeer grote openbare dienst, het ga u goed in uw verdere loopbaan en ik dank u voor uw gemotiveerde en altijd aangename betrokkenheid.

Mr. Jan Houthuys, u verlaat de Raad helaas te vroeg. Ten persoonlijke titel valt het mij zwaar van u afscheid te moeten nemen want u hebt in de Raad een onvervangbare, vaderlijke uitstraling die met weinig woorden wijsheid brengt. U bent discreet, bijna teruggetrokken, tot u de kans krijgt een wijsgerige bedenking te maken met literaire inslag en die kans mist u niet. U was op uw hoogtepunt toen u, op het reflectieweekend, fragmenten voorlas uit eigen werk – u bent dan ook de literator onder ons. De Raad zal uw ironische diepzinnigheid ontberen, en u zult het na augustus moeten stellen zonder het gepraat van de Raad. Maar misschien kunt u wat troost vinden in het citaat van onze confrater Ferdinand Bordewijk dat u opgenomen hebt op p. 93 van uw boek “De Moord”: “De mens van heden beseft gelukkig dat alles al gezegd is en zoekt een nieuwe verdienste alleen in de vorm.” Ik ga uw gezelschap missen en wens u het allerbeste toe in uw advocatuurlijke, literaire en familiale omgeving.

Mr. Hanife Cilingir, ook u verlaat de Raad voortijdig. U kon nieuwe perspectieven bieden en mede daarom is het jammer dat u moet vertrekken. Wij hadden heel graag nog meer van u gezien. Dank voor uw tijd in de Raad en veel succes voor de toekomst.